De Raad van State heeft op 29 mei 2019 uitspraak gedaan over het Programma Aanpak Stikstof (PAS). De Raad van State heeft geoordeeld dat het PAS niet mag worden gebruikt als basis om toestemming te verlenen voor activiteiten die leiden tot een stikstoftoename in Natura 2000-gebieden. Deze uitspraak heeft gevolgen voor allerlei ruimtelijke ontwikkelingen in heel Nederland, zoals agrarische activiteiten, industrie, infrastructuur en woningbouw.
Sinds 1 juli 2021 geldt de Wet stikstofreductie en natuurverbetering (Wsn). Onderdeel daarvan is een stikstofvrijstelling voor de (tijdelijke) bouwfase, voor de Natura 2000-toets/vergunningplicht. Bij de vrijstelling voor de bouwfase gaat het om de vrijstelling voor ‘ de aanleg of bouw van onder andere woningen, utiliteitsbouw, energieprojecten en activiteiten in de grond-, weg- en waterbouw en de sloop van bouwwerken’ . De Raad van State heef zich in 2022 uitgesproken over een project in de Rotterdamse haven. De Raad van State heeft als gevolg van deze zaak beslist dat de bouwvrijstelling nu niet gebruikt mag worden. Het afgelopen jaar hebben we daarom voor projecten waar significante effecten te verwachten waren ook de aanlegfase van de projecten onderzocht.
Onlangs is echter in een nieuwe uitspraak over de zaak in de Rotterdamse haven door de Raad va State wel bevestigd dat met een passende beoordeling kan worden aangetoond dat een tijdelijke verhoging van de stikstofdepositie op een Natura-2000 gebied niet tot significant negatieve effecten hoeft te leiden.
Veel Nijmeegse projecten veroorzaken weinig stikstofemissie.
In Nijmegen worden met name veel woningbouwprojecten en bijbehorende infra en voorzieningen gerealiseerd. Dergelijke projecten veroorzaken veel minder stikstofemissie dan de intensieve veehouderijen, de grote infraprojecten en de grote industrieprojecten. In Nijmegen gaat het op hoofdlijnen ook, los van enige juridische benadering, met name om activiteiten die per saldo voor een lagere stikstofdepositie zorgen. Voor de Waalsprong geldt namelijk dat van agrarisch (waaronder kassen, veehouderij en akkerbouw) naar woningbouw gasloos wordt gegaan. Voor Waalfront gaat het om transformatie van industrie naar woningbouw gasloos. En in de bestaande stad gaat het grotendeels om herstructurering waarbij minimaal van gas naar gasloos wordt gegaan.
Ondanks de nieuwe uitspraak van de Raad van State moeten de gevolgen van de aanlegfase nog steeds in kaart worden gebracht. Dit is ongewijzigd. Wel lijkt er nu meer ruimte te ontstaan om (kleine) tijdelijke toenames, met een juiste onderbouwing, toe te staan.
Per geval wordt een stikstofbeoordeling gemaakt.
Onderzocht en/of onderbouwd wordt hoe significant negatieve effecten op Natura 2000-gebieden (op voorhand) kunnen worden uitgesloten. Tot nu toe zijn (na een stikstofberekening, een ecologische voortoets en/of het toepassen van meer emissiearm bouwmaterieel in de aanlegfase) de inschattingen bij de individuele gevallen dat stikstof geen knelpunt is en dat deze door kunnen gaan.
We houden rekening met stikstofrisico's in de grondexploitaties
Omdat de precieze gevolgen niet altijd bekend zijn, zijn er bij iedere situatie bepaalde stikstofrisico’s. Met deze risico’s wordt in de grondexploitaties rekening gehouden. Bij de VGP 2024 zijn de risico’s voor de grondexploitaties opnieuw beoordeeld. Via het traject van Schone Lucht Akkoord is Nijmegen betrokken bij routekaart “Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB)”. Momenteel wordt binnen het aanbestedingsproces op basis van dit SEB reeds ingezet op het gebruik van schonere mobiele werktuigen waar dat mogelijk is.